Als je Jim de Groot nijdig wilt krijgen, moet je een artikel als dit beginnen met een verwijzing naar de tekst van ‘Jimmy’, het naar hem vernoemde liedje van zijn vader Boudewijn. Dat is hem al honderd keer overkomen. ‘In elk stuk is het raak,’ zucht de acteur en musicus. ‘”Voetballer is ie gelukkig niet geworden. Zakenman ook niet. Zijn vader kan gerust slapen.” En dat gaat dan over mijn werk, hè. Ik vind het irritant dat de eerste indruk die mensen van me krijgen steevast wordt opgediend op een bodem van Boudewijn de Groot.’

Maar eerlijk is eerlijk: toen hij zelf onlangs een optreden van Sean Lennon bezocht, was hij ook de hele tijd op zoek naar tekenen van diens vader. ‘Boog hij zich naar de microfoon toe, dacht ik: precies John. En toen hij na afloop vlak langs me liep, moest ik me inhouden om niet te zeggen: man, wat lijk jij op je vader! Dus ik snap het ook wel. Ik heb in elk geval niet de illusie dat ik er ooit niet door achtervolgd zal worden.’

Het is één ding om een...