07-05-2005
Door Carel Peeters

De veranderingen in het nieuwe Groene Boekje gaan ons niet minder tussen-ennen brengen, maar juist meer. En we hebben er al veel te veel.

Het was helemaal aan het slot van een gedicht van Gerrit Komrij over een pilaarheilige: daar stond het woord dageraad. Dat is een passend woord in verband met een pilaarheilige, die zitten soms hele nachten op hun paal. Maar geheel los van de heilige is dageraad ook een mooi en adequaat woord. Door die loutere e zonder n is de dag al opengezet en kan echt beginnen. Het is een uitnodigend woord. Stel dat er dagenraad had gestaan. Dat zou rampzalig zijn geweest, dan was de dag alweer dicht voor hij open was geweest. Gelukkig, dagenraad wordt nooit geschreven.

Apenootje is ook een mooi woord, veel mooier dan apennootje. Maar wanneer de nieuwe Woordenlijst Nederlandse Taal, het Groene Boekje, in oktober verschijnt, worden we vanaf dat moment verondersteld apennootje te schrijven, met een tussen-n. Een apennootje met n...