Ze ontmoetten elkaar eind jaren veertig, begin jaren vijftig. Mu­lisch en Blokker als jonge schrijvers – ze begonnen ooit aan een gezamenlijke roman. Blok­ker en Hofland als collega’s op de redactie van het Algemeen Han­dels­blad. En Hofland en Mulisch in kunstenaarssociëteit De Kring. Eén schrijver, twee journalisten – al vestigde juist Mulisch, de schrijver, een journalistieke norm met De Zaak 40/61, zijn verslag vanuit Jeruzalem van het proces tegen Adolf Eichmann, en al schrijven de andere twee nu de boeken: recent verschenen van Hofland de roman Cice­ro Consultants en van Blokker (geschreven samen met zijn zoons) Er was eens een God.

De ‘congenialiteit’ bleef, een geestverwantschap die er voor zorgt dat het gesprek tussen hen drieën steeds voortgaat. Gedurende de middag en de avond die we samen doorbrachten, ging het over de vraag wie en wat er nog belangrijk is, wat ze lezen, waar ze bang voor zijn (nergens voor) – en natuurlijk over oorlog en de dood.

Wat...