Mijn oma Botje stond elke ochtend om half acht op. Eerst ging haar bakelieten elektrische wekker (’ta-ta-ta-ta’), vervolgens deed ze (‘klik’) half slaperig haar transistorradio aan, die naast haar bril en een strip aspirines op het nachtkastje lag. ‘Dit is de radionieuwsdienst verzorgd door het ANP,’ zei de nieuwslezer en dan volgde het bulletin van die dag.

In de jaren tachtig logeerde ik vaak bij mijn oma. In haar grote, lege huis blokte ik voor mijn rechtententamens. Ik sliep dan in de logeerkamer die aan haar slaapkamer grensde. Ik hoorde precies wanneer ze uit bed stapte en zich met haar radio verplaatste naar de wastafel. Na ongeveer een kwartier, als ze was aangekleed, danste het geluid van de radio met haar over de trap naar beneden, richting keuken. Tegen die tijd waren de omroepen aan de beurt: AVRO’s Radiojournaal, KRO’s Dingen die gebeuren of TROS Aktua. Tegen die tijd wist ik dat het mijn beurt was om uit bed te komen.

Net als mijn oma koester ik een grote liefde voor...