De Italiaanse schrijver en semioticus Umberto Eco (1932-2016) was het prototype veelweter, met een bibliotheek van 50.000 boeken achter de hand. Hij kon obscure academische boeken schrijven, maar ook romans die bestsellers werden, zoals De naam van de roos.

De geest van Umberto Eco was een Wunderkammer, een curiositeitenkabinet met spullen uit de middeleeuwen, de negentiende eeuw en onze eigen tijd. Zijn leven moest wel uitmonden in een boek dat een ode zou zijn aan het brein als verzamelplaats van al het belangwekkende in de wereld. Dat werd De betovering van lijsten, het boek uit 2009 waarin zulke wonderkabinetten worden beschreven en pontificaal in kleur getoond: elke pagina is een systematisch geordende wereld, in de vorm van lijsten, verzamelingen, kasten en laden. Het zijn systemen waardoor je gemakkelijk kunt vinden wat je zoekt als je met iets ingewikkelds bezig bent.

Dat was Umberto Eco. Wanneer hij iets ingewikkelder kon maken dan het was, dan zou hij het niet laten.

En...