Een auto met gemaskerde mannen achtervolgde tekenaar Ali Ferzat toen hij van zijn kantoor op weg was naar huis. Ze ramden zijn auto midden op het Omayyaden-plein, een van de belangrijkste knooppunten van Damascus. ‘Het was alsof ze een show wilden opvoeren, daar in het centrum van de Syrische macht.’ Het ministerie van Defensie ligt aan dat plein, net als het commandocentrum van de luchtmacht, de Nationale Opera, het gebouw van de Syrische staatstelevisie en het Sheratonhotel. Nadat ze hem klem hadden gereden, dwongen de mannen Ferzat om uit zijn auto te stappen, trokken een zak over zijn hoofd en bewerkten zijn handen met stokken. ‘Ze hebben de vingers van mijn beide handen kapot geslagen, ik had gekneusde polsen en was gewond geraakt aan mijn hoofd. Het was een niet mis te verstane boodschap van het regime: stop met die satirische tekeningen over Assad, over de corruptie van het Syrische overheidsapparaat en over de geheime dienst, de Mukhabarat. De volgende keer maken we je af.’
Tekenaar Ali Ferzat: ‘Assad heeft mij gebruikt’
Hij raakte bevriend met Bashar al-Assad toen diens vader Syrië nog met harde hand leidde. Later ontwikkelde de Syrische cartoonist Ali Ferzat zich vanuit zijn ballingschap in Koeweit tot een invloedrijk tegenstander van het regime. ‘Met steun van Europa zal de gematigde revolutie overwinnen.’