Een van de twee hoofdpersonen in J.J. Voskuils eerste roman Bij nader inzien is Paul Dehoes. Hij heeft met Maarten Koning, het alter ego van de schrijver, een stekelige verhouding waarin het openhartig toe kan gaan. Die openhartigheid, elkaar niet ontzien (een erfenis van Ter Braak en Du Perron), was dan ook een van de pilaren van de weerbarstige vriendschap tussen de twee.

Toen Bij nader inzien in het begin van de jaren zestig alleen nog in manuscript bestond, vroeg uitgever Geert van Oorschot aan Kees Fens of hij het eens wilde lezen. Fens was nog niet zo lang geleden bevriend geraakt met H.U. Jessurun d’Oliveira en J.J. Oversteegen. Zij hadden in 1962 net het tijdschrift Merlyn opgericht of stonden op het punt dat te doen. Het was Fens snel duidelijk dat de figuur van Paul Dehoes gebaseerd was op Jaap Oversteegen en hij vond dat zijn verse vriend er niet goed afkwam. Tegen Van Oorschot zei hij dat hij de roman van Voskuil ‘niks’ vond.

Dit vertelde Jessurun d’Oliveira...