De Franse schrijver Paul Valéry is het superego van de literatuur. Hij laat elke schrijver sidderen. Er is weer een deel van zijn Cahiers vertaald, ditmaal door Jan Fontijn.

Er bestaat een literaire elite in de beste zin. De Franse schrijver Paul Valéry (1871-1945) is er een vertegenwoordiger van. Van hem is de uitspraak dat iets wat moeiteloos tot stand is gekomen niets voorstelt. Die uitspraak staat voor een complete mentaliteit. Een schrijver die wel eens in een flow terecht is gekomen waardoor hij pagina’s lang schreef alsof hij vleugels had, begint bij zo’n uitspraak met terugwerkende kracht te twijfelen aan wat hij op deze manier heeft geschreven. Valéry werd een literair geweten, iemand die op een afstandje, en met een sceptische blik, kijkt of je je er niet vanaf maakt. Hij werd een literair Über-Ich, het superego dat de literaire criteria hooghield.

Over de literaire techniek en de criteria schreef hij zijn Poëtica. Niet op een systematische manier zoals...