Hoe serieus moet je een socioloog nemen die voortdurend het vage begrip ‘hoge kunst’ gebruikt en daarbij klassieke muziek voor ogen heeft? Is de muziek die van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat en ook nog ’s nachts op Radio 4 wordt uitgezonden ‘hoge kunst’?

Deze muziek, die voor iedereen is en die door iedereen beluisterd kan worden, is alleen ‘hoge kunst’ als je haar in een kwaad daglicht wilt stellen: als verouderd, stijf, bekrompen, beschaafd, niet meer beantwoordend aan de hedendaagse mentaliteit. In Hans Abbings boekje Van hoge naar nieuwe kunst (Historische Uitgeverij) staan de klassieke muziek en de ‘hoge kunst’ voor alle kunsten die niet direct meedoen aan de mode van het populariseren of ‘informaliseren’. Het model van Abbings ‘nieuwe kunst’ is het popconcert, waar men niet zit, maar rondloopt, niet passief is, maar actief.

Er bestaat natuurlijk geen ‘hoge kunst’ meer nu de prijzen die ook door jongeren voor popconcerten worden betaald nog veel hoger zijn dan die voor...