Meteen na aanvang van de rechtszitting tegen Geert Wilders wenste een vrouw die eerder aangifte tegen Wilders indiende de rechtbank te verlaten omdat zij de film Fitna, die werd vertoond, niet wilde zien.

Rechter Jan Moors zei: “Ik kan me dat voorstellen.’
Moszkowicz: ‘Ik kan me niet voorstellen dat u dit zegt.’
Jan Moors: ‘Het is geen oordeel over de inhoud van de film.’
Moszkowicz: ‘Ik vind dat u dit niet mag zeggen.’
Moors: ‘Het is een benadeelde partij, die willen vaker delen van een zitting niet meemaken.’

Daarmee was de zaak afgedaan. Moszkowicz besloot er verder het zwijgen toe te doen en Fitna werd integraal vertoond.

Na de film citeerde rechter Moors uit een aantal van de tientallen aangiften tegen Wilders. Een vrouw van Marokkaanse afkomst die bang is om in Nederland te wonen. Een man uit Nijmegen die niet weet hoe hij zijn leerlingen op een sportclub nog langer tolerantie kan bijbrengen nu Wilders niet wordt gestopt als hij discriminerende uitlatingen doet. Een ander...