In een boek over grote filosofische polemieken in de Europese geschiedenis verwacht je niet dat steeds hetzelfde soort conflict opduikt. Toch is dat het geval. In het prachtige boek van Kurt Flasch, Kampfplätze der Philosophie (uitgegeven door Klostermann), schrijft hij dat de intellectuele geschiedenis van Europa bestond uit ‘het geduldige en droevige werk’ om het door Augustinus weggedrongen oude idee van menselijke verantwoordelijkheid en vrijheid weer terug te winnen.

De door Flasch beschreven strijd tussen Augustinus en Julian van Aeclanum, Abélard en Bernhard van Clairvaux, tussen Cusanus en Wenck, Erasmus en Luther, Leibniz en John Locke en tussen Voltaire en Pascal was een strijd om het recht over je eigen lot te mogen beschikken, tegenover de gedachte dat alles was voorbeschikt door God.

De strijd begon met Augustinus, die op gezag van Paulus rond het jaar 400 decreteerde dat iedereen geboren werd met de erfzonde en dat elk mens voor zijn zieleheil afhankelijk...