De Querelle des Anciens et des Modernes, de strijd tussen de klassieken en de modernen, was aan het begin van de achttiende eeuw nog nauwelijks beslist met een overwinning van de modernen, of de klassieken kregen met terugwerkende kracht alsnog de overwinning in de schoot geworpen. Door de archeologische opgravingen in Pompeï en Herculaneum in het midden van de eeuw ging alles ineens in het teken van de klassieke oudheid staan: er brak een archeologische koorts uit en het neoclassicisme nam bezit van de schilder- en beeldhouwkunst. En van welgestelde toeristen die er voor naar Italië afreisden.

De modernen wilden de werkelijkheid en de natuur weer tot uitgangspunt nemen, maar de neoclassici zochten het in de navolging van de beproefde klassieke regels. Die hadden immers hun waarde bewezen, te zien aan de prachtige beelden die opgegraven werden. Was de Renaissance er niet ook mee tot bloei gekomen?

Classic Beauties, de tentoonstelling in de Hermitage Amsterdam met...