het heeft iets ongelooflijks dat uitgerekend Willem Jan Otten, lang bij uitstek de dichter en essayist van het snakken om het snakken, van het verlangen om het verlangen, van de reis en niet de aankomst, voor een flink deel ophield met snakken, verlangen en reizen nadat hij in 1998 in het katholieke geloof zijn bestemming vond. In De letterpiloot (1994) had hij nog geschreven: ‘We snakken naar een orde, een wereldbeeld, een bezield verband – maar we moeten ons niet bezig houden met resultaten van dat snakken (een politiek systeem, of een gevestigde God, of een paradijs op aarde), maar met het snakken zelf.’

Uitgerekend de dichter en essayist die Penelope in zijn poëzie tot de heldin van het snakken maakte opdat Odysseus nog maar niet thuis zou komen (want aankomen is veel te definitief) laat haar achter en verandert in iemand die is aangekomen in het geloof dat als ‘een warm stralend kacheltje’ is. Uitgerekend de essayist die het metier zo letterlijk mogelijk opvatte...