01-03-2008
Carel Peeters

‘Grote kunst heeft slechte manieren’ is de nuttige waarschuwing waarmee Simon Schama zijn boek De kracht van kunst begint. Schilderijen zijn schurken: ‘Meedogenloos en berekenend nemen de beste schilderijen je in de houdgreep, verstoren je evenwicht en zetten je realiteitszin op losse schroeven.’ Vooral door het laatste deel van de zin, het modern-romantische idee dat schilderijen je realiteitszin op losse schroeven zetten, moest ik onmiddellijk aan Lucian Freud en de tentoonstelling in het Haags Gemeentemuseum denken. Freud zit al jaren dwars in mijn hoofd en probeert al even lang mijn realiteitszin te verstoren. Al die tijd heb ik geprobeerd het eens te worden met Robert Hughes, de criticus van Time die zich meestal niets laat wijsmaken en er niet voor terugschrikt om hedendaagse kunstenaars radicaal af te doen als onbetekenend (zoals Damien Hirst, Jeff Koons, Julian Schnabel, Tracey Emin), maar het wel steeds voor Freud opneemt. Over Freud...