Interview Koen Wessing

‘Kent u deze man?’ vraagt de broeder van de ambulance. ‘Hij antwoordt niet meer op onze vragen.’

‘Dat is Koen Wessing,’ zeg ik. ‘Hij is fotograaf. Ik interviewde hem.’

‘Vult u dan in wat ú weet,’ zegt de broeder. Hij trekt een lade open aan de zijkant van de ambulance, haalt met zijn ene hand een zak met infuusvloeistof tevoorschijn, geeft met zijn andere hand een formulier aan.

‘Koen Wessing,’ schrijf ik op. ‘Man.’ ‘Geboren in 1942.’ Zijn verjaardag weet ik niet uit mijn hoofd. Ik kijk door de opengeschoven deur de ambulance in. Een scherpe jodiumlucht slaat me tegemoet. Koen Wessing ligt ingesnoerd op een brancard. Hij heeft zijn ogen dicht. Een zuurstofmasker bedekt zijn gezicht. Een tweede broeder is bezig met een defibrilleer-apparaat.

Beroep: ‘Fotograaf,’ vul ik verder in. En de straat waar hij woont in de Jordaan. Die weet ik ook. Want dat heeft hij me verteld – dat hij vandaag te horen kreeg dat hij zijn huis uit moet omdat het is verzakt. Dat hij...