Als het aan De Botton ligt krijgt het Rijksmuseum een themazaal ’tederheid.’

De eerste catalogi van schilderijen waren geen boekwerken, maar zogeheten kunstkamerschilderijen waarop wel zo’n vijftig kunstwerken in het klein, maar duidelijk herkenbaar, in één keer te zien zijn.

Drie of vier rijen dik hangen ze aan de wanden of staan tegen stoelen of tafels op de grond. De eigenaar staat er met familie, vrienden, huisdieren en gasten bij en geeft uitleg.

De Antwerpse schilder David Teniers de Jonge schilderde in de jaren 1651-53 maar liefst tien van zulke ‘kunstkamers’ voor aartshertog Leopold Wilhelm van Oostenrijk. Namens Philips IV was hij regent van de Zuidelijke Nederlanden in Brussel. Leopold Wilhelm schafte zoveel goede kunst aan dat op elk schilderij van gemiddeld 130 x 160 cm tientallen nu beroemde schilderijen staan, van Titiaan, Giorgione, Bassano, Gossaert, Tintoretto, Rafael, Veronese, of Van Dyck. Hij hield die schilderijen niet zelf: hij schonk ze als een...