Velen zien Willem Holleeder als leider van een moordenaarsbende. Willem Endstra beschuldigde hem ooit van vijfentwintig liquidaties, de Amsterdamse politietop dicht hem zeker de helft toe. Maar waar blijft het bewijs?

Het klopt in de spouwmuur, giert in de schoorsteen, laat de vloeren kraken. Het Holleeder-spook is alom aanwezig. Voelbaar, maar onzichtbaar; nog niet gematerialiseerd. Vorige week bijvoorbeeld in het Amsterdamse Paleis van Justitie. De rechters beslisten daar over het voorarrest van Ozgur C. en Ali N. De twintigers zijn verdachten in het onderzoek naar de moord op Willem Endstra en zitten vast sinds december 2006. Uiteraard moeten ze in hun cel blijven zitten, betoogde de officier van justitie. Anders zou de rechtsorde zijn geschokt en het onderzoeksbelang worden geschaad.

Bekende woorden. Het is de rituele riedel waarmee het Openbaar Ministerie poogt om verdachten achter slot en grendel te houden. Officier van justitie Michiel van IJzendoorn stutte zijn betoog...