Greet Prins, directeur/puinruimer

Author
Auteur
Harm Ede Botje

De toenmalige directie had het goed verprutst. Daar stond ze dan, Greet Prins: de nieuwe directeur, tot aan haar knieën in het spreekwoordelijke puin van zorginstelling Philadelphia. ‘Natuurlijk, bezuinigen is niet leuk. Maar van bezuinigingen word je wél creatief.’

Het hoofdkantoor van Philadelphia is een onopvallend gebouw in een zijstraatje vlakbij het station van Amersfoort. Het doet in niets denken aan het kapitale onderkomen in de bossen bij Nunspeet, waar de zorginstelling tot 2012 zat. ‘Dat was nogal, eh, nouveau riche,’ zegt Philadelphia-directeur Greet Prins. ‘Het was te groot voor ons, te luxe. Een van de eerste dingen die ik heb gedaan na mijn aantreden was de ene vleugel van het gebouw verhuren aan de Rabobank. Wij moesten een beetje indikken, dat moest kunnen, vond ik. Dat was de eerste slag.’

Greet Prins (62, van het type handen uit de mouwen, maar ook iemand die regelmatig in schaterlachen uitbarst) resideert tegenwoordig in een bescheiden directeurskamer met een glazen wand. Ze kijkt uit op een kantoorverdieping met flexplekken waar medewerkers achter laptops zitten. De organisatie heeft de zorg voor achtduizend verstandelijk gehandicapten door heel Nederland, vijfduizend van hen wonen thuis, drieduizend krijgen langdurige zorg in locaties. Prins is de grote puinruimer geweest bij Philadelphia en kijkt in dit interview voor het eerst uitgebreid terug. Ze spreekt over de verharding van Nederland én ze luidt de noodklok over de volgende ronde van bezuinigingen die op last van staatssecretaris Martin Van Rijn komend jaar moet worden doorgevoerd in de langdurige zorg. ‘Natuurlijk, we moeten allemaal terug, ook wij. Maar ergens houdt het een keer op. Ik vind dat we nu bezig zijn door te slaan.’

Wantrouwen