Ze heeft gaandeweg geleerd dat haar foto’s ambigu moeten zijn. Dat werkt het beste. Naar de foto’s die de jonge Franse fotografe Noémie Goudal (1984) op haar grote overzichtstentoonstelling in FOAM toont, blijf je daarom lang kijken. Ook al staan er geen mensen op, geen gebeurtenissen en zie je slechts statische landschappen en gebouwen. Goudal maakt haar foto’s zo dat je denkt: hoe steekt dat beeld nou in elkaar?

Dat doet ze al sinds haar spoedcarrière van start ging. Ze ensceneert de setting door er andere foto’s in op te hangen of door een hoop plastic over een waterval neer te leggen. Of ze grijpt niet in, maar laat de contrastwerking van het gefotografeerde overdreven uitkomen, telkens puzzel je even en zit je te denken van: waar kijk ik nou precíes naar?

Allengs ontdekte ze dat het de constante is in haar werk. In haar eigen woorden: ‘Ik probeer zoveel mogelijk interpretaties te creëren, zodat mensen kunnen beslissen wat ze zien. Iedereen heeft zijn...