Een verstandig mens weet dat het in het leven handig is om al te hoge verwachtingen een beetje te temperen. Wie, bijvoorbeeld, op vakantie gaat naar Engeland, kan beter niet tegen de kinderen zeggen dat er zo’n mooi zwembad bij het huisje is. Dat voorkomt een hoop gejammer wanneer je ze vervolgens drie weken in lieslaarzen en een zuidwester moet hijsen.

Helaas is deze wijze les niet aan de Nederlander besteed. Zolang we onder elkaar zijn, is er nog de Wet van het Maaiveld die onmiddellijk intreedt wanneer iemand zich iets verbeeldt. Maar het gaat mis zodra we onze blik op het buitenland richten. Spoorslags vergeten we dat onze politiek een hysterisch kippenhok is, dat ieder mega-project uitloopt op een mega-fiasco, en dat ons belangrijkste culturele exportproduct André Rieu heet. Dan blijkt de mythe dat we een gidsland zijn onuitroeibaar, en kunnen we, johoho en een fles met rum, de hele wereld aan.

Neem onze minister van Buitenlandse Zaken. ‘Die kunnen we hebben,’ twitterde hij...