N iet dat we nog vaak wakker liggen van de vraag waarom het WK 1990 zo’n fiasco werd voor het Nederlands Elftal, maar pikant waren ze wel, de onthullingen van toenmalig assistent-trainer Nol de Ruiter in zijn biografie NOL. Bondscoach Leo Beenhakker bleek liever op een opblaaskrokodil in het zwembad te dobberen dan een training voor te bereiden, Ruud Gullit liet wagonladingen meisjes aanrukken en voor zover er nog concentratie restte, werd die wreed verstoord door het continue gemoppentap van de ingevlogen Freek de Jonge.

Mooi, dachten we. Eindelijk opgelost. Maar dat gevoel vervloog toen oud-doelman Hans van Breukelen na de boekpresentatie voor de NOS-camera’s verscheen. Hij verklaarde oprecht blij te zijn voor De Ruiter dat die nu eindelijk ‘zijn werkelijkheid’ voor het voetlicht had kunnen brengen. Maar De Breuks eigen werkelijkheid, zo zei hij in één moeite door, was ‘een hele andere’. Samengevat: Nol en Hans hadden een maand doorgebracht op hetzelfde trainingsveld en in...