Opera

Ik ben gestorven op de eerste lentedag van het jaar. Ik herinner me dat ik het zonlicht door de luxaflex naar binnen zag vallen – de dagen daarvoor had het alleen maar geregend- en dat er stofjes in de kamer dansten. Toen veranderde het licht, het werd zachter van kleur, en niet alleen de stofjes maar alles om mij heen in de kamer kwam los van de grond. Een oranje vaas met bloemen viel om, en dat was het dan: ik was dood en ik deed mijn ogen open.

Ik wandelde door een park met hoge bomen en sneeuwklokjes in het gras. Aan de rand van het park stond een groot huis met een bordes. De deur stond open. Ik beklom de trap en liep naar binnen. Een man aan de balie begroette me en schreef mijn naam in een groot kasboek. Meer mensen kwamen binnen, jong, oud, verwonderd, maar allen kalm. Er klonken belletjes, alsof ergens een arrenslee rondreed. We werden doorverwezen naar een wachtkamer.

Daar vertelden ze dat we moesten kiezen. Een herinnering aan één moment in ons leven waarop we...