Pretpark Dewinter

Het is druk in bus 305 van Herentals naar Lichtaart. Een gezin met twee jonge kinderen houdt zich met moeite staande in het gangpad. Allemaal op weg naar Bobbejaanland? Van één stel lijkt het zeker. Híj heeft zijn hoofd kaal geschoren en draagt op zijn spijkerjack een badge met ‘Ik ben Vlaming en daar ben ik fier op’. Zíj kijkt nors naar twee jongens van Noord-Afrikaanse afkomst in uniformen met badges van de ‘Belgian Air Cadets’. De donkere jongens zijn de enigen die niet uitstappen bij het pretpark met de slogan ‘Was ieder land maar zo plezant!’

Er staan lange rijen bij de Typhoon en de Indiana River. Kinderen rennen langs stalletjes waar je Het dwaze taboe kunt kopen, over het taboe op onderzoek naar een verband tussen criminaliteit en etniciteit. ‘Wij waren de laatsten die de auto mochten parkeren,’ zegt een oudere man trots als hij in een van de cabines van de monorail stapt. Hij en zijn vrouw zijn in de tachtig en komen uit Deurne:...