Beschouwing / Sloterdijk herontdekt het eergevoel

Zonder iets om te haten zouden we onze lust om na te denken al gauw verliezen. We zouden ook bitter weinig ondernemen. Het leven zou een stilstaande vijver worden, niet verstoord door de botsende interessen of de antipathieke passies van anderen. Haat is een motortje. We zijn voortdurend bezig ons territorium af te bakenen door alles te benoemen waar we niets van moeten hebben. Ons eigen terrein komt er des te mooier en kleurrijker voor te staan als we alles om ons heen zwart maken. Alle fijne draden van de beschaving zouden eraan gaan als de wilde schreeuw zou worden gehoord die opklinkt in onze borst wanneer we oog in oog staan met iets waar we een grondige hekel aan hebben. Het beest in ons herneemt zijn rechten.

Dit is de strekking van het essay On the Pleasure of Hating van de Engelse essayist William Hazlitt (1778-1830). Die had geen last van de Engelse ziekte (hypocrisie) en maakte er een gewoonte van alles zo veel mogelijk...