Carel Peeters over het nieuwe boek van de psycholoog en scepticus Douwe Draaisma over de schimmige wereld van heldere dromen, ook die van blinden.

Wanneer in romans dromen voorkomen is het alsof mijn belangstelling voor het verhaal op slag een diepe val maakt.

Er moet door de schrijver wel heel listig met zo’n droom omgesprongen worden wil ik er niet doorheen schieten om me zo snel mogelijk weer op solide ondergrond te komen. Dromen zijn te willekeurig. Of ze passen te mooi in de roman, alsof ze er voor bedacht zijn. In het ene geval heb je te weinig, in het andere te veel houvast. Het is gratis schrijven, het kost de schrijver niks en het enige dat hij produceert is suggestie van betekenis. De Amerikaanse schrijver Henry James wist het als geen ander: ‘tell a dream, lose a reader’.

Hoe mooi ze als verhaal ook zijn, dromen blijven iets vluchtigs, ze vervliegen na het vertellen, ze beklijven niet. Alleen als ze met iets heel dramatisch zijn verbonden worden ze misschien...