In de echte wereld is de kans dat hoofdpijn veroorzaakt wordt door een hersentumor 0,0116 procent. In de virtuele wereld is dat drie procent. Dat wil zeggen, de kans dat informatie over hoofdpijn op het internet kanker als oorzaak aanwijst. De kans dat personen die hoofdpijn als zoekterm intoetsen vervolgens doorzoeken op een hersentumor als oorzaak, in plaats van cafeïne of stress, ligt nog eens vele malen daarboven: zesentwintig procent.

Dat ontdekten Ryen White en Eric Horvitz, twee computerwetenschappers van Microsoft Research, in een uitgebreid onderzoek naar cyberchondrie, een term die verwijst naar een ongefundeerde angst voor bepaalde zware aandoeningen als gevolg van het zoekgedrag op het internet.

Een belangrijk concept binnen het onderzoek is escalatie: de mate waarin een persoon zoekt naar een veelvoorkomend en meestal onschuldig symptoom – hoofdpijn bijvoorbeeld – en vervolgens doorklikt naar een serieuze, zeldzame aandoening als een hersentumor. Dat...