Met bijna dertig boeken vol gedichten, essays, romans en verhalen schiep de eind vorige week overleden Robert Anker een groot en vruchtbaar oeuvre, zich afspelend tussen zijn paradijs en de harde wereld.

Dat in het titelverhaal van Robert Ankers prozadebuut De thuiskomst van kapitein Rob (1992) van een thuiskomst sprake is en dat het slot van Ankers laatste roman In de wereld ‘Thuis’ heet, duidt op geduchte consistentie in zijn werk. Maar het zijn wel twee verschillende soorten thuiskomst. In het titelverhaal gaat het om de thuiskomst van de puber Rob wanneer hij na een tocht per boot of op de motor van een vriend weer bij zijn moeder aanlegt. Aan dat ‘thuis’ zit de onwrikbare wetenschap dat hij weg zal moeten bij zijn moeder en van het eiland (het paradijs) van zijn jeugd. De schrijver laat dat de lezer weten op de helft van het verhaal: ‘Dit is geen verhaal over het verloren paradijs, e tutti quanti, maar over de noodzaak en laten we eerlijk zijn, de wil daar uit te...