Dat de musea in de hele wereld een bloei doormaken en vele bezoekers trekken is een verheugende ontwikkeling. Maar niet voor Pauline Slot in haar boek ‘Museumbezoeking’.

Je in een ‘flow’ bevinden, is een aantrekkelijke mentale staat omdat alles waar je mee bezig bent vanzelf lijkt te gaan: er zijn geen hinderlijke vragen meer of je wel op de goede weg bent, alles gaat ineens vloeiend en gesmeerd. Je kunt bij alles in een flow raken, dus ook bij het maken van ruzie. Of bij het zeuren. Dan raak je in een zeurflow en kan er niets meer door de beugel. Om alles moet dan gezanikt worden: over de doorzichtigheid van het glas of de natheid van de regen.

Tijdens het schrijven Museumbezoeking, haar boek met woordspelerige titel over alles wat met de musea van deze tijd te maken heeft, raakte Pauline Slot in een meer dan tweehonderd pagina’s durende zeurflow. Er deugt altijd wel iets niet aan een museum, dus daar kan je je heerlijk in vastbijten. Is het niet de manier waarop de...