België heeft in de Vlaamse dichter Charles Ducal nu zijn eigen Dichter des Va­der­lands. Hij gaat tenminste zes gedichten per jaar schrijven die in een landelijke krant zullen worden gepubliceerd. Zijn eerste gedicht, ‘Woord tegen woord’, dat in De Morgen van 29 januari stond, is een mooi programmatisch gedicht waarin gewone woorden (met ‘armen en benen’) tegenover de woorden van de dichter worden gezet. Dat zijn woorden ‘zonder grond’, die moeten het helemaal van zichzelf hebben. Ze zijn niet functioneel.

Het gedicht stond naast de ‘Acceptatie­speech’ die Ducal op die dag uitsprak in het Literatuurhuis Passa Porta in Brussel. In zulke toespraken wordt steevast de poëzie verdedigd tegen de poëzieheidenen. Dat is een ongeschreven traditie, ooit in 1579 door de Engelsman Sir Philip Sidney begonnen met zijn Defense of Poesie. De taal van de poëzie dreigt altijd weggedrukt te worden omdat ze niet functioneel is. Ducal beklaagt zich erover dat de poëzie...