Zeventiende-eeuwse schatkist

Het vorige boek van historicus Luc Panhuysen, De ware vrijheid, was een meeslepende biografie over de gebroeders Johan en Cornelis de Witt. Het boek eindigde met de afschuwelijke moordpartij in Den Haag, waarbij de gebroeders door het gepeupel werden gelyncht. Met die dubbele moord liep het stadhouderloze tijdperk van ‘de ware vrijheid’ op zijn einde.

Concentreerde Panhuysen zich in zijn vorige boek op de gebroeders De Witt en de met hen verbonden regenten, in Rampjaar 1672 richt hij zijn blik op het kamp van de prinsgezinden. Hoofdpersonen van het boek zijn baron Godard Adriaan van Reede, zijn vrouw Margaretha en hun zoon Godard. Van ambassadeur Van Reede is een uitgebreide correspondentie bewaard gebleven. Hij was tijdens het rampjaar ambassadeur aan het hof van de keurvorst van Brandenburg in Berlijn. In totaal beslaat zijn correspondentie zesentachtig dozen met tussen de tachtig en honderd brieven per doos. En dan zijn er ook nog eens zeven dozen...