Feuilleton

Ik ben Sarah Lund. Ik trek elke ochtend dezelfde trui aan. Ik stoot af en toe een lettergreep Deens uit. ‘Hm.’ ‘Tak.’ ‘Död.’ ‘Mord.’ ‘Hai.’ Verder zwijg ik. Ik lach nooit. Ik observeer.

Betty staat in de kamer van David. Hij is even een boodschap doen.

Sarah Lund ziet alles.

Ze kijkt rond.

Ik zie niks.

David heeft een geheim. Ze moet het alleen nog even zien.

Overal liggen pepermuntjes. Maar dat is logisch.

Ze loopt naar de geluidsinstallatie, waar zij nooit aan mag komen. Bestudeert de ruggetjes van zijn cd’s, als altijd impeccable op alfabet en genre gerangschikt. Mag ze ook niet aankomen.

Hee, Mozart tussen de ouwe soul.

Ze bladert in zijn agenda. ‘Ruben les’, leest ze. Dat is die jongen op Facebook. Leerling, dus. ‘Rick, administratie af’. Zijn boekhouder.

Ze gaapt. Niets over een vrouw. Of een meisje.

Ze opent de klerenkast. Een dozijn truien op kleur gerangschikt, zeven geperste pakken, negen zijden stropdassen op een hangertje, onderbroeken opgevouwen op...