28-02-2009
Door Maurits Martijn

Bas Blaauboer (1949) is hoogleraar Alternatieven voor Dierproeven in de Toxicologische Risicobeoordeling bij het Institute for Risk Assessment Sciences aan de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Zijn leerstoel is vorig jaar ingesteld door ondersteuning van de Zwitserse Doerenkamp-Zbinden Foundation.

‘Het is wettelijk bepaald dat de schadelijkheid van stoffen moet worden getest. Tegenwoordig gebeurt dat vooral met dierproeven. Van emulgatoren in pindakaas tot residuen van bestrijdingsmiddelen op druiven; overal worden proefdieren voor gebruikt om een inschatting van de toxiciteit voor de mens te maken.

We kunnen tegenwoordig weefsels en cellen isoleren uit organen van dieren en mensen. Deze zogenaamde “in vitro” methoden zijn geschikt om de precieze toxische werking van stoffen op moleculair niveau te onderzoeken. Dat kan bij intacte dieren niet.

Daarnaast krijgen we een steeds beter inzicht in de kinetiek van een stof: hoe...