Ze was de eerste flapper van de Roaring Twenties: een feestende, rebelse, mooie en modieuze vrouw met kort haar. Ze zou gek, hysterisch en alleen maar beroemd zijn geweest omdat haar man F. Scott Fitzgerald was. Logisch dus, dat ze in het Paris Hilton-tijdperk opnieuw ontdekt wordt: deze week in een musical in New York, binnenkort in een biopic (hoofdrol: Keira Knightly).

Maar ze was ze óók kunstenares en schreef de verguisde roman Save Me the Waltz. Lisa Appignanesi beschreef onlangs in Mad, Bad and Sad hoe enthousiaste psychiaters erop los diagnosticeerden bij ikonen als Zelda, Marilyn Monroe, Sylvia Plath en Virgina Woolf. Volgens Appignanesi was het onder meer de dronken, manipulerende Scott die met zijn jaloezie op haar boek en zijn onverholen beschrijving van haar in Tender is the Night Zelda de waanzin in dreef.