Daar stond hij, de handen bijna devoot gevouwen onder de hoge lampen. Eén minuut had hij om het tij te keren op het CDA-congres en te voorkomen dat zijn partij ging regeren met de PVV. Luttele weken tevoren werd Ab Klink nog genoemd als nieuwe fractievoorzitter, partijleider zelfs misschien, totdat zijn bezorgde brief over de onderhandelingen met Geert Wilders uitlekte. In de fractie werd hij onder druk gezet, gemangeld, verrader genoemd, maar daarbuiten was hij opeens het boegbeeld van het verzet. In progressieve kring was er lof voor zijn beslissing, maar ook hoon. Was hij niet uit eigen wil gaan mee-onderhandelen met de PVV? Had hij van te voren niet kunnen weten dat het een heilloze weg was? Hoe dan ook, de zoon van de snackbarhouder had de moed eruit te stappen, eerst uit de onderhandelingen, toen uit de fractie. Weg toekomst bij het CDA, weg politieke carrière.

Daar stond hij: omringd door vijfduizend partijgenoten, maar toch moederziel alleen.