Lee Towers (68)

Jaloezie&Afgunst

‘Ik kom uit een gezin met zes kinderen. Mijn vader was van 1888; toen hij 68 werd, was ik tien. Wij moesten rondkomen van zijn AOW: hij kon niet meer werken van de reumatiek. Mijn moeder had twee werkhuizen terwijl ze thuis zes kinderen had. Dus als kind was ik altijd jaloers op iedereen die meer had dan wij. Ik haatte het dat wij zo arm waren, het zorgde ervoor dat ik ging liegen. Als het Sinterklaas was geweest en iedereen vertelde op school over z’n cadeaus, dan verzon ik de mooiste cadeaus bij elkaar. Want ik kreeg helemaal niets – ja, een suikerbeestje. Kinderen uit middenstandmilieus zaten op dezelfde lagere school als ik. Die hadden winkels en reden in dure auto’s, en ik liep in een vermaakt pak van mijn oudere broer. Dat verschil was heel zichtbaar, waardoor ik het gevoel kreeg dat ik bij de onderlaag hoorde, en dat deed pijn. Maar die armoe was misschien ook wel een drijfveer om verder te ­komen. Op mijn twintigste was ik...