Ruim een jaar geleden besloot Nederland tot deelname aan de gevaarlijkste militaire missie sinds de Korea-oorlog: de uitzending naar Uruzgan. Vrij Nederland volgde drie Uruzgan-gangers van het eerste uur en hun families. ‘Als we daar niks doen, zitten de terroristen straks in onze voortuin.’

Juli 2006. Evan Wensink (21) rommelt in zijn plunje. Het is vrijdagmiddagmiddag en hij staat in de smalle gang van zijn ouderlijk huis in het Gelderse Aalten. Zijn uitrusting: een helm en een obstvest, waarin patroonhouders en rantsoen bewaard worden. In de hoek een camelbag, een forse drinkzak met waterslang. Over vier dagen vertrekt Evan, soldaat bij de pantserinfanterie, voor minstens vier maanden naar Afghanistan. Hij maakt allerminst een gespannen indruk. ‘Ik hoop,’ zegt hij, terwijl hij een vlugge blik op zijn plunje werpt, ‘dat ik flink beziggehouden word daar. En dat we een hoop plezier gaan beleven.’

In de huiskamer zitten Evans ouders aan een houten eettafel. ‘Evan...