Kunst

We staan er niet vaak bij stil, maar het categoriseren van disciplines is een relatief recente aangelegenheid. Van de vroege Renaissance tot diep in de achttiende eeuw, vormden kunstcollecties een microkosmos waarin álles een plaats kreeg: portretten, fossielen, wetenschappelijke instrumenten, manuscripten en munten.

Een uomo universale als Huygens of Da Vinci beoefende geen kunst óf wetenschap, maar kunst én wetenschap. In de collecties en opstellingen van vroege openbare musea, zoals Teylers Museum in Haarlem, het oudste museum van Nederland, valt die geesteshouding nog goed terug te zien. Ergens in de negentiende eeuw, terwijl wetenschappelijke disciplines zich meer en meer ontwikkelden tot specialismen, veranderde dit. De opkomst van steeds verfijndere meetapparatuur drong het belang van interpretatie terug ten faveure van harde, objectieve waarneming. Weten werd meten en minder dromen. Waarom zou je een artistieke, maar onbetrouwbare tekening van de maan...