In het altijd rustige land der vredeswetenschappers woedt een heuse ‘oorlog’ over de vraag wie het beste kan tellen. Het gaat om oorlogsslachtoffers. Het probleem duikt bij elke oorlog op. Na de invasie van Irak liepen de schattingen over het aantal slachtoffers pijnlijk uiteen.
De WHO (Wereldgezondheidsorganisatie) kwam in 2006 tot een aantal van 151.000 doden, terwijl een publicatie in het medische tijdschrift The Lancet tot het vier keer zo hoge aantal van 601.000 kwam.

Veel te grote verschillen natuurlijk, ¬gezien de humanitaire en politieke ¬implicaties. Bij de epidemische oorlogen in Afrika ligt het niet anders. Het Internationale Rode Kruis schatte dat in Congo tussen 1998 en 2007 liefst 5,4 miljoen mensen sneuvelden. Die becijfering werd bekritiseerd door onderzoekers van het Human Security Report (HSR), waarop een bijstelling volgde tot 2,8 miljoen doden. Ook dat vond in 2008 geen genade in de ogen van critici, het HSR kwam tot minder dan twee miljoen. Afschuwelijk...