Terug naar de Sertão

‘Ah, Schildpad zit achter het stuur,’ hoor ik op de eerste tussenstop twee mannen tegen elkaar zeggen. Terwijl ik aan de koffiebar van het kleine busstation mijn bekertje zoete koffie naar binnen slurp, valt de naam nog een paar maal. Tartaruga. Dat belooft niet veel goeds. De buschauffeur, een lange magere man die de pensioengerechtigde leeftijd allang gepasseerd lijkt, handelt bij het kaartjesloket traag zijn administratie af. Het is negen uur in de ochtend en we hebben volgens het schema nog zes uur en vele tussenstops te gaan. Op deze manier wordt het nachtwerk. Dat blijkt mee te vallen. Soepel en op schema chauffeert Schildpad de bus door een stoffig landschap dat er met zijn bruine cactussen en doornige struiken ongenaakbaar bij ligt onder de zon. Hij moet zijn bijnaam te danken hebben aan zijn uiterlijk: met de mond half open en zijn lange nek naar voren over het stuur speurt hij door dikke brillenglazen naar de grootste gaten in het gehavende...