Op een zonnige middag staat Majad opeens in Amsterdam. Met een donkerblauw poloshirt en een witte bermuda heeft hij zich als toerist voorgedaan. Zijn blote voeten steken in bruine instappers en op zijn haar prijkt een snelle zonnebril. Alleen de inhoud van het zwarte rugzakje duidt op een vlucht. Twee T-shirts, twee onderbroeken, een korte broek, een spijkerbroek en een tandenborstel. Hij pakt me even stevig beet en zucht dan: ‘Het was genoeg. Geloof me, echt genoeg.’
Dat wil heel wat zeggen. Sinds ik Majad twee jaar geleden leerde kennen, werkte hij in Syrië en Turkije onder de hachelijkste omstandigheden zonder een kik te geven. Eerst als hulpverlener en daarna steeds vaker als medewerker voor internationale media. Terwijl...
Je reactie wordt geplaatst zodra deze is goedgekeurd. Je reactie is geplaatst.