De generatie die volwassen werd in de jaren zestig en zeventig krijgt er flink van langs. Dat is eerder gebeurd, maar nooit al te serieus. Tijdens de laatste presidentsverkiezingen in Frankrijk trok Nicolas Sarkozy van leer tegen de ‘soixante-huitards’, de deelnemers aan de Meirevolte van 1968. Ze hadden de nationale saamhorigheid en het gezag ondermijnd. Door hun toedoen waren ook de goede manieren uit de mode geraakt. De erfenis van mei ’68 moest voor eens en voor altijd worden ‘geliquideerd’, vond Sarkozy. Maar eenmaal in het Elysée benoemde hij de ‘soixante-huitard’ Bernard Kouchner tot minister van Buitenlandse Zaken.

In Nederland was VVD’er Frits Bolkestein Sarkozy voorgegaan. In boeken als De engel en het beest en Onverwerkt verleden maakte hij gehakt van de linkse intellectuelen die pleitten voor democratisering van het onderwijs en antiautoritaire kindercrèches maar intussen dweepten met dictatoriale leiders als Fidel Castro, Ho Chi Minh en Mao. Desondanks gaf hij...