Stephan Sanders duidt zijn nieuws.

New Yorkse vriend G. is weer in het land – ik ken hem al vijfentwintig jaar, dit zal zijn tiende bezoek zijn aan Amsterdam, maar wat een fantastisch excuus om samen de toerist uit te hangen en terrasjes te nemen waar je gewoonlijk aan voorbijloopt.

G. valt de enorme explosie op van dat parasolleven op straat, het gaat maar door, op zowat elk uur van de dag: ‘And when do you guys actually work?’ Ik zie door zijn ogen ook het comfortabele van de stad: zo weinig gehaaste pakken, die kaas- en worstplankjes die maar aangerukt worden, het idee dat een weekend gewoon de hele week doorgaat.
Nu moeten we ook een joint roken, want dat blijft bijzonder voor G. Coffeeshop binnen, uitdrukkelijk vragen om de lichtste joint, en dan in besloten gezelschap van zo’n man of zeven paffen in de rookkamer. Landerige sfeer, niet onvriendelijk, meest Marokkanen en één Surinamer.
We staren naar het flatscreen scherm voor ons; dit is visueel behang, en...