Veertien eeuwen Kroatië

‘Geweldig,’ zei Dubravka Ugrešic toen Johan de Boose haar het eerste exemplaar van zijn boek over zijn reis door Kroatië aanbood. ‘Nu hoef ik er niet meer over te schrijven en dat zal vele Kroaten plezieren!’ Ugrešic ontvluchtte haar land tijdens de burgeroorlog begin jaren negentig, toen ze na haar kritiek op het nationalisme en de etnische zuiveringen van de Kroaten tot ‘nestbevuilster’ werd verklaard. De schrijfster, die nu in Amsterdam woont, legt in haar werk de vinger op de zere plek, noteert De Boose in De poppenspeler en de duivelin. Die zere plek past in zijn studie naar ‘nieuwsgierigheid’, schrijft de slavist, ‘vooral naar de verstopte kant van Europa’, een onderwerp dat hij ook al in het bekroonde De grensganger. Reis langs de ruïnes van het IJzeren Gordijn onderzocht.

De Boose reist in zijn nieuwe boek door veertien eeuwen Kroatië, waar alle bezetters – Romeinen, Christenen, Ottomanen, Venetianen, Napoleon, het Habsburgse rijk – bloedige...