Een collectief mediageheugen overspoelt ons: overal tref je vastgelegde momenten van mogelijk groot belang. Geschiedschrijving heeft weinig met later van doen: het is een makkelijke manier om het nu belangrijk te maken.

Het ging veel over seksueel geweld, de laatste tijd. Wat er feitelijk was gebeurd, leek dit keer minder belangrijk dan meestal.

Tot zondag speelt Toneel Utrecht Een soort Hades, van de Zweedse schrijver Lars Norén. Marie beschuldigt haar vader: ‘en dan ben ik weer in die donkere kamer en jij komt binnen en tilt me op en dan draag je me naar de rode leunstoel en bind je me vast met touwen en dan duw je je lul bij mij naar binnen…’

De vader antwoordt slechts: ‘Wij hebben nooit een rode leunstoel gehad.’

Waarheid en feiten lopen nogal eens uiteen.

In Open stad van Teju Cole ga je een hele roman mee in de gedachten van hoofdpersoon Julius. Hij is een student psychiatrie en beluistert veel klassieke muziek. Julius wandelt lange mijlen door New York en mijmert over de wereld, maar zijn eigen herinneringen lijkt hij te hebben verdrongen. Aan het eind van het boek blijkt Julius te zijn vergeten dat hij een meisje seksueel lastigviel.

Waarom is de herinnering aan seksueel misbruik altijd discutabel? Natuurlijk: elk delict dat door een rechter moet te worden beoordeeld, dient tot in detail te worden uitgeplozen, maar de verhalen van een misbruikslachtoffer staan meestal ter discussie nog vóór er überhaupt sprake is van strafrecht. Dit gaat deels over macht: de partij die het vaakst slachtoffer is, wordt (of werd – afhankelijk wie en waar je het vraagt) systematisch gewantrouwd. Vrouw, kind, niet-wit en gek zijn daarin kameraden.

Misschien is er ook een andere reden voor het in twijfel trekken van seksueel misbruik. Namelijk: er zijn twee rollen: de passieve en de actieve. De actieve persoon (meestal dader genoemd) is in beweging en maakt daarom vooral het moment zelf mee.

Snowmageddon‘ heette al historisch toen de storm nog een voorspelling was.

Volgens cultuurfilosoof Walter Benjamin kan geschiedenis niet worden ervaren wanneer we in beweging blijven. We beseffen pas echt dat we zelf historische wezens zijn wanneer de natuur een deel van de cultuur overneemt. Zie bijvoorbeeld de tempels van Angkor Wat in Cambodja, waar lianen door het plafond komen en wortels de stenen vloer opzijduwen. Eigenlijk is het jammer dat de boom bij het Anne Frankhuis niet de kans kreeg zijn eigen weg te vallen, want dat had het historische beter kunnen benadrukken dan de cultiverende renovatie die erop mikt om meer toeristen binnen te laten.

In New York woedde vorige week een sneeuwstorm. Maar het snowmageddon werd al historisch genoemd toen de storm alleen nog als voorspelling bestond. Zo heeft geschiedschrijving weinig met later van doen: het is een makkelijke manier om het nu belangrijk te maken.

Amnesty International demonstreerde laatst met een foto van vluchtelingen in de krant. Bijschrift: Leaders of Europe, it’s not the polls you should worry about. It’s the history books. De waarschuwende roep: ‘Let op, hier wordt geschiedenis geschreven!’ klinkt krachtig, maar ervaren we onszelf daarmee ook voldoende als historische wezens? Remember Benjamin: beweging blokkeert historisch besef. Wil je politici op hun verantwoordelijkheid wijzen, dan zou je ze op vakantie moeten sturen, in plaats van ze aan te sporen tot actie.

Snowmaggedon. Beeld: Elise van Iterson

In demonstraties of andere extreme situaties hoor je het ook vaak: ‘We maken geschiedenis mee!’ Als we ergens middenin zitten en toch geschiedenis kunnen ervaren, worden we wellicht getroffen door een modern natuurgeweld: een collectief mediageheugen overspoelt ons. Overal – in de krant, op tv, via Instagram – tref je vastgelegde momenten van mogelijk groot belang. De beelden zorgen ervoor dat je in het moment toch het moment overstijgt. Zie daar het gevoel geschiedenis te beleven.

Beweging wordt passief omdat elke kleine gebeurtenis beelden voortbrengt en een volgende, andere beweging in een context vastpint. Daardoor is de geschiedenis steeds al in het heden aanwezig en dient de toekomst zich stressvol vlug aan.

Om de wereld te verbeteren, moeten we over tijdsbesef nadenken.