Mannen draaien mee in het huishouden en hebben minder tijd voor zichzelf dan vrouwen, maar vrouwen voelen zich veel drukker en opgejaagder. Hoe moeilijk kan het zijn?

Stel: er is een onderzoek gedaan naar het hebben van huisdieren. Honden, katten, parkieten, maakt niet uit. Uit het onderzoek komt naar voren dat de ene groep van huisdierbezitters (laten we ze voor het gemak mannen noemen) alleen maar plezier heeft met zijn huisdier. De andere groep (bestaande uit vrouwen) ervaart vooral problemen: ze tobben met hondenhaar op de canapé, met schuwe, te dikke katten en ze zitten om de haverklap bij de dierenarts. Je zou dan toch denken dat die vrouwen het niet helemaal goed aanpakken en dat ze wellicht een voorbeeld zouden kunnen nemen aan hoe mannen met hun huisdier omspringen.

Precies zo’n onderzoek is uitgevoerd door het SCP, het was alleen iets breder van opzet, het ging over tijdsbesteding. Iedereen heeft te maken met betaald werk, onbetaald werk (huishouden en kinderzorg) en vrije tijd (leuke dingen, hobby’s). Zoals bekend besteden mannen meer tijd aan betaald werk dan vrouwen. Van de huidige generatie dertigers hebben vrouwen een hogere opleiding genoten dan mannen, maar ze werken overwegend in deeltijd, terwijl 87 procent van de mannen fulltime werkt. De zorgtaken thuis worden vergeleken met vroeger veel evenrediger verdeeld. Mannen besteden daar zelfs zoveel tijd aan dat ze per week gemiddeld drie uur minder ‘voor zichzelf’ overhouden dan vrouwen. Toch zijn het de vrouwen die klagen over drukte en een opgejaagd gevoel.

Even voor de goede orde: een man komt thuis na een volle werkdag op kantoor, gaat het eten koken omdat het die dag z’n beurt is, en zo niet, dan staat hij wel ingeroosterd om de kinderen te vermaken of in bad en bed te leggen, hij gaat al naar gelang de afspraken het gras maaien, de belastingen invullen of twee keer per week boodschappen inslaan, en de vrouw klaagt dat ze niet kan genieten van haar vrije tijd omdat het leven zo druk is. Intussen heeft haar man drie uur minder vrije tijd dan zij en heeft nergens een probleem mee.

Nu is het niet zo moeilijk om te detecteren waar die opgejaagde gevoelens vandaan komen. Ik kan me die periode met werk en kleine kinderen nog goed herinneren. Een eindeloze carrousel van taakjes en taakonderbrekingen, waarin vakanties geen rustpunt maar juist een intensivering van de drukte vormden. Maar je kunt het voor jezelf natuurlijk altijd nóg ingewikkelder maken.

Illustratie Levi Jacobs

Vrouwen sloven zich in de kinderzorg veel meer uit dan vroeger gebruikelijk was. Ze rijden rond met twee of drie te grote kinderen als vadsige padden in een bakfiets, terwijl ze die kinderen vanaf hun vijfde zelf kunnen laten meefietsen. Ze verwerken onafzienbare stapels wasgoed, omdat een kind tegenwoordig niet meer twee dagen achter elkaar dezelfde kleren aan mag hebben. Ze manen het kind niet aan om huiswerk te maken, maar zitten ernaast om het samen te doen en besteden uren aan het voorbereiden van spreekbeurten en het schrijven van werkstukken. Ze staan week in, week uit langs de lijn bij sportwedstrijden, terwijl eens per kwartaal voldoende is. Ze maken verantwoorde, gezonde verjaardagstraktaties met cocktailprikkers en geinige augurkjes, terwijl ze ook een zak dropveters kunnen meegeven.

Waar die uitsloverij vandaan komt is me een raadsel, want als je kinderen bijtijds leert om zelf ergens heen te fietsen, aan hun gymspullen te denken, hun lakens te verschonen en hun lunch klaar te maken, betekent dat een enorme verlichting. Delegeren is het beste middel tegen het te druk hebben en delegeren verhoogt ook nog eens de zelfredzaamheid van kinderen. Hoe moeilijk kan het zijn?

Fout dus. Volgens Wil Portegijs van het SCP ligt de oplossing voor deze zielige vrouwen in een betere taakverdeling thuis. De mannen moeten nog meer aan de bak. Het zijn toch altijd weer de ridders op het witte paard die vrouwen in nood moeten redden. Heerlijk, die emancipatie.