Televisieseries / Iconen van de televisieserie

Vervlogen tijden: het was 1981 en de Amerikaanse politieserie Hill Street Blues kwam hier op de televisie. In het studentenhuis waar ik toen leefde, leidde dat programma tot een schisma voor het zwartwitmonster in houten lambrizering, dat de gezamenlijke eetkamer gijzelde.

‘Niet te volgen’ oordeelde de ene groep, ‘revolutionair’ oordeelde de andere, dat wil zeggen: ik. Gelukkig beschikte ik over een videorecorder van het onvolprezen Video 2000-systeem, zodat ik geen detail hoefde te missen van Stephen Bochco’s emotionerende soap over een fictieve precinct waar New York’s finest maar al te menselijke mensen bleken.

Kijk je nu terug, dan is de magie grotendeels weg. De oecumenische bedpraat van captain Francis Furillo met de kekke juriste Joyce Davenport, de hysterie van de aan de kant gezette echtgenote Fay Furillo, de monsterlijke welzijnswerkerstaal van de softe eikel Henry Goldblume, hoe kon ik het aan? Van wat toen revolutionair was...