Reportage / Identificatietechnologie / Biometrie en privacy

Eén Nederlander moest de eerste zijn. Gadegeslagen door tientallen camera’s liet hij op 15 augustus 2004 te Almere zijn gezicht scannen en stond twee vingerafdrukken af, waarmee het futuristische, gloednieuwe biometrische paspoort ten doop was gehouden. Naam van de vrijwilliger: Thom de Graaf. Zijn functie: minister van Bestuurlijke Vernieuwing. ‘Het doet geen centje pijn,’ verzekerde de bewindsman na afloop van de procedure. ‘Het is nu nog tamelijk eenvoudig om met het paspoort van je tweelingbroer de wereld rond te reizen. We willen echter zeker zijn van wie er in het vliegtuig stapt. Het betekent helaas ook dat her en der sprake is van inbreuk op de privacy, maar we willen een einde maken aan het probleem van de look alikes.’

Twee jaar na deze primeur kreeg ook de rest van Nederland zijn biometrische paspoort: een reisdocument dat is opgetuigd met een RFID-chip vol gegevens over de houder, een digitale gelaatsscan en...