Beschouwing / Het hart van Ségolène Royal

In de laatste fase van de campagne raakte Ségolène Royal bevangen door euforie. In Brest, waar zij vorige week haar laatste grote bijeenkomst hield, sprak zij ineens bevlogen over ‘tederheid’ en ‘van elkaar houden’. Ze wilde een tedere president zijn voor een land ‘dat zoveel tederheid tekort is gekomen’. Haar woorden klonken niet alsof ze van tevoren waren ingestudeerd, hoewel haar leermeester Mitterrand ook de gewoonte had om met het volk over liefde te spreken.

De cynici die haar de avond tevoren hadden beticht van gespeelde woede tijdens een tv-debat met Nicolas Sarkozy, beoordeelden het optreden in Brest als gespeelde ontroering. Royal zou het laatste grote mediamoment hebben willen benutten om haar imago van afstandelijke tante te compenseren. Misschien hadden ze gelijk, misschien niet.

Toen Ségolène Royal me, nu bijna een jaar geleden, een hand gaf, had ik niet de neiging om na te tellen of ik al mijn vingers nog...