Op zijn achternaam had Theo van Gogh het niet zo. Maar hij was ‘hoer genoeg’ (zijn eigen woorden) om er gebruik van te maken wanneer het uitkomt.

In een recalcitrante bui wilde Theo van Gogh nog weleens voor het Van Gogh Museum gaan staan. ‘Geef me mijn schilderijen terug!’ riep hij dan. Het haalde weinig uit. In 1962 had zijn opa – het neefje van Vincent – de collectie van meer dan 200 schilderijen, 550 tekeningen en een omvangrijke correspondentie voor een bedrag van 15 miljoen gulden aan de Nederlandse staat verkocht. Voorwaarde: de staat moest de collectie bij elkaar houden en zorgdragen voor een museum. Zo zou iedereen van de kunstwerken kunnen genieten. 15 miljoen gulden was natuurlijk niet niks – in de huidige tijd zou het neerkomen op zo’n 42,5 miljoen euro. Aan de andere kant: alleen al Van Goghs schilderij Laboureur dans un champ werd onlangs nog voor bijna 70 miljoen euro verkocht. Had de opa van Theo een paar van zulke schilderijtjes voor de familie...