Meer en meer kleedt Philip Roth de mens uit. In zijn dertigste roman ‘The Humbling’ bestormt een oude acteur nog een keer de wereld. Vergeefs.

Als de schrijver de jongste niet meer is, als hij in zijn laatste boeken, nóg meer dan bij hem gebruikelijk, aandacht vraagt voor ziektes, fysiek en mentaal verval, veelal uitmondend in de dood, als deze auteur dan met een compacte novelle aankomt waarin direct vermeld wordt dat de hoofdpersoon een pensioengerechtigde (65!), vereenzaamde toneelspeler is die niet meer kan acteren en die dagdroomt over zelfmoord – als we kortom zo’n joekel van een topos in handen krijgen – voelen we lichte teleurstelling.

Want ja, we denken te weten wat gaat komen in de bladzijden voor de boeg: de zwanenzang van een oude acteur. Eerder gezien, eerder gelezen, weliswaar soms onvergetelijk: de onthechting van Uli Bouwmeester in Harry Mulisch’ roman Hoogste tijd. We bereiden ons voor op voorspelbaar literair spel, op brave eredienst. En zitten er binnen de...